Bas Bons

Pianist - Zanger - Toetsenist - Componist - Liedschrijver - Producer

Hier staan onder elkaar 4 teksten van het album ‘Wakker’.

BAS BONS - LIEVE JONGEN

Lieve jongen, ik wil even met je praten.
Al begrijp je nu nog niet
wat ik tegen je zeg.
Lieve jongen, je hebt het nu niet in de gaten,
maar je komt straks als je wakker wordt
op een vreemde plek terecht.

Er zijn mensen die te veel van je verwachten,
die veeleisend blijven drammen
tot jij doet wat er gezegd is.
Je zal zien dat de waanzin aan de macht is
en dat geld, succes of schoonheid
verward wordt met wat echt is.

Dus ik hoop dat je niet rijk wordt, maar gelukkig.
Ik hoop dat je niet stoer doet, maar wel zelfverzekerd bent.
Ik hoop niet dat je succes hebt,
maar dat je trots bent op jezelf
en je eigen koers kunt varen
en je je eigen krachten kent.

Ik hoop dat je niet boos wordt als het mis gaat.
Ik hoop dat je niet opgeeft door spijt of domme pech.
Dat je niet leert te verwijten,
maar vergeeft wanneer dat kan.
Dat je van je af mag bijten
en leert janken als een man.

Lieve jongen, ik wilde even met je praten.
Ook al snapte je nog niet
wat ik je heb gezegd.
En ik weet, ik heb geen recht om het te vragen,
maar toch hoop ik, hoop ik vurig,
dat je mama’s ogen hebt.

KOM IN MIJN ARMEN

De kaars gaat langzaam uit.
De klok tikt zachtjes verder.
De stoel waar je op zat blijft schreeuwend leeg.
Ik wacht met ogen dicht
alsof je zo weer thuiskomt.
Ik kan alleen maar denken aan wat jij me zei:

“Kom in mijn armen;
hier ben je veilig
tot de storm weer liggen gaat,
tot het water niet meer aan je lippen staat.”

Het boek waarin je las
ligt open in het midden
vergeefs te wachten tot je verdergaat.
Ik luister jouw muziek,
je zingt in mijn gedachten.
Ik luister en herinner me wat jij me zei:

“Kom in mijn armen;
hier ben je veilig
tot de storm weer liggen gaat,
tot het water niet meer aan je lippen staat.”

Ik ga de voordeur uit,
zie de bomen en het water,
de zon, de wolken en het zomergroen.
Je bent nog zo dichtbij.
De aarde draait nog altijd
en ik denk aan de woorden die je zei:

“Kom in mijn armen; hier ben je veilig.
Thuis in mijn armen; hier ben je veilig,
tot de storm weer liggen gaat,
tot het water niet meer aan je lippen staat.”

BAS BONS - KLEINE ELISABETH

Een vogel landt voor me op de grond
in de zon op een terras.
Een vrouw schudt speels haar haren los,
kijkt vragend naar mijn glas
en een man bij de fontein pakt zijn gitaar,
begint te spelen.

Een meisje met een zelfgemaakte kroon en vleugeltjes van kant
komt naast me zitten en ze zegt
dat haar moeder bij de zon is
en haar vader bij de maan.
Dan staat ze op, doet haar ogen dicht,
begint te dansen.

Kleine Elisabeth danst
op muziek die niemand anders hoort.
Kleine Elisabeth zingt
in een taal die niemand kent.

Ze maakt een pirouette, maar ze stopt,
want ze heeft een goed idee.
“Het is toch lente,” zegt ze mij,
“waarom doe je niet mee?”
Dus sta ik op, doe mijn ogen dicht,
begin te dansen.

Kleine Elisabeth danst
op muziek die niemand anders hoort.
Kleine Elisabeth zingt
in een taal die niemand kent.
Kleine Elisabeth danst
zonder zorgen.

Kleine Elisabeth danst
op muziek die niemand anders hoort.
Kleine Elisabeth zingt
in een taal die niemand kent.
Kleine Elisabeth danst
zonder zorgen
voor de morgen
en ik dans met haar mee.

SPRAKELOOS

Begin.
Ga hier maar zitten.
Pak een pen, een vel papier
en neem haar nu in gedachten
- hoe ze danste, hoe ze lachte –
ook al kom je niet veel verder dan:
“Je bent niet hier...”

Soms ben je sprakeloos.
Soms ben je ademloos.

Hou vol.
Drink je glas leeg.
Schuif de flessen aan de kant
en begin gewoon met schrijven
om de twijfel te verdrijven,
ook al weet je niet veel beters dan:
“Waarom?”

Soms ben je sprakeloos.
Soms kijk je ademloos
naar het opgaan van de zon,
tot je weet
hoe het moet zijn.

Ga door.
Maak je werk af:
schrijf je laatste liefdeslied,
leg je ziel in al je woorden,
in je zang, in je akkoorden,
ook al kom je niet veel verder dan:
“Verdriet”.

Soms ben je sprakeloos.
Soms kijk je ademloos
naar het opgaan van de zon,
tot je weet
hoe het moet zijn.

Het moet er uit.
Het wil er uit.
Je zingt het uit.
Je komt er uit.

Soms ben je sprakeloos.
Soms kijk je ademloos
naar het opgaan van de zon
en je denkt:
“Zo moet het zijn.”